Geel

Huisdichter Sander werpt een blik op de maandelijkse gemeenteraad

We zitten op een keerpunt als we naar mobiliteit kijken. Het stadsbestuur maakt in Geel al jaren keuzes die op weinig begrip, laat staan enthousiasme, kunnen rekenen bij tal van roepers op sociale media. Maak als journalist een stuk over mobiliteit of parkeerbeleid en de clicks gaan door de rooie. Dat bleek deze week nog maar eens met twee stukken. Nog voor de gemeenteraad bracht Geel FM  het korte stuk: ‘Stadsbestuur voert gratis parkeren op zaterdag terug af’, dat prompt het meest gelezen stuk van de maand werd. Daags na de gemeenteraad brachten Gazet Van Antwerpen en het Nieuwsblad ‘Stad wil van Gasthuisstraat zone 30 maken’.

Beide stukken boden een doembeeld voor een bepaald type weggebruiker, dat het liefst een beetje tempo maakt om zijn automobiel kosteloos voor de deur van de bakker te parkeren. Dit soort artikels kan dan ook steevast rekenen op stevige commentaren op sociale media. Enerzijds worden politiekers daar afgeschilderd als een zelfverrijkende kaste, en anderzijds wordt er een doembeeld voorgespiegeld van een leeglopend Geel (heb je hem? Geel-Leeg?) of wordt er zelfs gedreigd met een verhuis. Tot slot worden ook vaak de verkiezingen in 2024 indachtig gemaakt en roept men op tot het aankruisen van het juiste bolletje.

Dit soort commentaren wordt vervolgens vaak beantwoord door mensen met een andere mening. Het mobiliteitsdossier is in Geel dan ook verworden tot een zogenaamde ‘scissor statement’, een term die initieel ontstond in science fiction-literatuur en tegenwoordig vaak gebruikt wordt om erg controversiële onderwerpen op sociale media te benoemen. Het zijn stellingen die in staat zijn een groep (in ons geval de Gelenaars) perfect in twee te snijden. Dergelijke ‘scissor statements’ zijn bijgevolg een motor voor verdeeldheid en dragen een grote destructieve kracht in zich voor de sociale cohesie in een gemeente. Hoe goed de bedoeling van het bestuur in haar beleid ook is, belangrijk is dat het in dit dossier blijft zoeken naar verbinding en draagvlak bij meerderheid en oppositie, jong en oud, progressief en conservatief, fietser én automobilist.

Een belangrijke hoeksteen van het Geelse mobiliteitsbeleid, is het STOP-principe, dat al in de eerste paragraaf van het Geelse mobiliteitsplan van 2012 als volgt wordt uitgelegd: ‘Een duurzaam mobiliteitsbeleid is geen anti-autobeleid, maar een beleid dat vertrekt vanuit het STOP-principe: voorrang voor voetgangers (Stappers), fietsers (Trappers) en collectief vervoer (Openbaar vervoer). Pas daarna komt de auto (Privévervoer). Gemeenten die hun mobiliteitsbeleid vanuit dit uitgangspunt opbouwen, worden leefbaarder, veiliger en bereikbaarder.’

Uit dit principe vloeiden allerlei maatregelen voort in Geel, zoals onder andere de veelbesproken fietsstraten. Ook bij het ontstaan van die fietsstraten was het conflictueus potentieel van het mobiliteitsdebat aanwezig. Zelden kwamen meerderheidspartijen zo openbaar lijnrecht tegenover elkaar te staan als in 2019, toen toenmalig voorzitter van N-VA Geel, Gert Van Hoecke, een fel perscommuniqué rondstuurde met als titel ‘Plan Pareijn’ ………….. Tweede zit!’ De splijtzwam was toen of er al dan niet ‘harde knippen’ moesten plaatsvinden om het centrum van Geel minder doorrijdbaar te maken. Deze twist over het mobiliteitsbeleid ging al wel langer mee, zoals onder andere bleek uit de verkiezingsdebatten van Geel FM uit 2018, toen Ben Van Looveren (CD&V) het ontbreken van de verdieping van het mobiliteitsplan afschoof op coalitiepartner N-VA: ‘In 2012 hebben wij een plan gebracht, dat nog altijd van kracht is, omdat er geen nieuw plan is. Wij zijn ook erg misnoegd over de mobiliteit in Geel. Vooral omdat wij in 2012 afgestraft zijn op het thema mobiliteit.’

Toch lijkt de meerderheid CD&V en N-VA inmiddels wel min of meer een vergelijk gevonden te hebben. Schepen van Mobiliteit, Marlon Pareijn (CD&V), blijft het Geelse mobiliteitsbeleid stevig verdedigen en blijft de situatie op Sint-Dimpna benoemen als zijn grootste nachtmerrie. De lastige samenwerking met het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) en het regionale belang van de betreffende gewestweg zorgen er echter voor dat er deze bestuursperiode niet veel meer zal bewegen. In de rest van Geel is de mobiliteit echter grondig veranderd sinds vorige legislatuur. Er is inmiddels een nieuw doorstroomplan, de fiets-o-strade doorkruist het grondgebied en tal van centrumstraten zijn veranderd in fietsstraten. Dat dit laatste een nieuwe modus vivendi vereist van zowel automobilist als fietser, is een open deur intrappen en komt slechts stapje voor trapje tot stand. Dat dit echter niet geleid heeft tot een door sommigen gevreesde leegloop van winkels uit het centrum, betoogde Tom Corstjens, schepen van Lokale Economie (N-VA), afgelopen gemeenteraad. Hij stelde stellig dat de leegstand in Geel daalt. Dat dit herstel echter klein en pril is, staat als een paal boven water. Maar soms moeten we ook eens durven zeggen dat de ingeslagen route lang niet zo verschrikkelijk is.

© Sander Verwerft