Geel

Brieven aan de raadsleden van Geel

Beste burgemeester,

In dit verkiezingsjaar wil ik zo vrij zijn om enkele brieven tot u en de andere raadsleden van onze stad te richten. Men vraagt mij immers, als trouwe toeschouwer van de gemeenteraad, wel eens wat er leeft op het stadhuis en ik wil u alvast helpen om het reilen en zeilen in onze mooi stad mee uit te dragen aan het publiek. Ik vind het ieders burgerplicht om in oktober geïnformeerd het juiste bolletje te kleuren, al besef ik dat niet iedereen in staat is om op maandag- of donderdagavonden van 20u tot 24u zijn ogen en oren de kost te komen geven in het Ooievaarsnest. In mijn brieven wil ik mij vooral houden bij het delen van mijn observaties en kritische bedenkingen. Ik wil graag de waan van de laatste gemeenteraad overstijgen en aanknopen bij algemene tendensen tijdens uw legislatuur. En tot wie kan ik mijn eerste brief dan beter richten dan tot u?

Ik wil graag beginnen bij de gemeentemonitor waarover Myriam Smets (Durf) u afgelopen gemeenteraad interpelleerde. Het trof haar dat slechts 23% van de Gelenaars vertrouwen heeft in haar gemeentebestuur en dat maar 29% van de Geelse inwoners vindt dat het gemeentebestuur hen voldoende consulteert; dat is -8% ten opzichte van de vorige gemeentemonitor in 2020.  U antwoordde daarop – mijns inziens terecht – dat er heel veel cijfers in die monitor staan en dat er dus ook goede cijfers tussen zitten: bv. 83% van de Gelenaars voelt zich gelukkig en 82% is tevreden over de buurt. Bovendien, zo redeneerde u verder, zitten we met onze cijfers in de middenmoot ten opzichte van vergelijkbare gemeenten zoals Lier, Mol, Turnhout en Sint-Truiden, wat u later op felle kritiek kwam te staan, want wie is er nu tevreden met de middenmoot? ‘Zou u graag een middelmatig burgemeester genoemd worden?’, vatte Dirk Kennis (De Brugpartij) het gevat samen.  Tot slot haalde u aan dat de Vereniging voor Steden en Gemeenten (VVSG) stelde dat die twee cijfers, namelijk het tevredenheidsgevoel en de mate waarin de bevolking zich geconsulteerd voelde, fel samenhangen. U betreurde daarbij vooral dat de burger misschien niet voldoende zag wat jullie wel deden van participatie, bijvoorbeeld met het burgerbudget.

Sta me toe om nog enkele andere mogelijke verklaringen toe te voegen aan uw betoog. Het basisprincipe van de democratie is de voortdurende discussie tussen burgers. Hiervoor heeft de burger voldoende informatie nodig om zich geïnformeerd een mening te kunnen vormen. Nu is het zo dat onder uw tweede legislatuur plotsklaps de ontwerpbesluiten van de gemeenteraad niet meer online te vinden zijn op uw website. Ik weet het, ik val in herhaling. Maar ik blijf erbij dat dit de afstand tussen burger en politiek vergroot en ervoor zorgt dat de burger zich zelfs niet op voorhand kan informeren, nauwelijks op voorhand kan reageren en pas geïnformeerd wordt als de feiten voldongen zijn. In plaats van actieve openbaarheid van bestuur, bent u tijdens deze legislatuur meer en meer geëvolueerd naar passieve openbaarheid van bestuur: u geeft de ontwerpbesluiten enkel als men er om vraagt. Actief als ik ben, vraag ik getrouw steeds deze notulen op, die uw diensten telkens netjes op tijd en geanonimiseerd aan mij bezorgen. Des te groter wordt de farce echter, wanneer men merkt dat de Brugpartij uw notulen – weliswaar niet geanonimiseerd – gewoon online gooit: uw bestuurstaak, transparantie bieden, wordt hier overgenomen door een oppositiepartij.

Ook in dossiers zoals het ziekenhuis werd er door u en uw bestuursploeg gewoonweg te weinig informatie gedeeld. Heel het debat werd achter gesloten deuren in een geheime zitting gevoerd. Dit kan misschien therapeutisch zijn voor u en de andere gemeenteraadsleden, maar de Gelenaar blijft wel achter zonder enige verklaring voor heel de stoelendans in de Raad van Bestuur en kan bijgevolg niet zelf oordelen of het bestuur juist gehandeld heeft. Ook de vraag waarom u en Luc Verguts (N-VA) wel opstapten en schepen Griet Smaers (CD&V) niet, blijft daarbij nazinderen. Had u binnen uw eigen partij niet meer het vertrouwen om een vertrouwensstemming te overleven? Het vertrouwen in de politiek krijgt natuurlijk ook geen boost als een ex-schepen van u uit uw partij stapt en vlakaf stelt dat er leugens omtrent het AZ Sint-Dimpna zijn verspreid door u aan de eigen N-VA-fractie en aan de gemeenteraad. En laat onjuist informerende bestuurders nu net een doodzonde zijn in een democratie.

Ook het dossier van de garage die al sinds 1999 zonder vergunning wordt geëxploiteerd, blijft nazinderen. Het is een juist principe van uw schepen Bart Julliams (N-VA) om niet gemakkelijk te communiceren in burenruzies. Maar wanneer regularisatiepoging op regularisatiepoging van de stad wordt vernietigd, dan kan men zich hierbij als burger terechte vragen stellen.  Wanneer men dan kiest om niet te communiceren over deze door de Raad voor Vergunningsbetwistingen vernietigde regularisaties, dan blijft enkel de sfeer van ‘geheimhouderij’ hangen. Het is echter perfect mogelijk om als stadsbestuur uw eigen principes uit te leggen, zonder in detail te treden over de kern van de ruzie.

Tot slot wil ik nog even terugkomen op de laatste vraag van de gemeenteraad. U antwoordde aan (inmiddels) onafhankelijk gemeenteraadslid Marleen Verboven dat het alcoholverbod in Geel naar de letter van de wet gehandhaafd zal worden. Enkel als er naast alcohol ook overlast aan te pas komt, zal de politie bekeuren. Het is echter best vreemd om te zeggen dat de politie in deze situaties de letter van de wet niet strikt zal naleven. Deze is immers zeer duidelijk verwoord in uw stadsmagazine: er geldt een verbod om alcohol te drinken of om open flessen of blikjes alcoholhoudende drank bij zich te hebben op bepaalde plaatsen in Geel die aangeduid worden met signalisatieborden. Als u het tegendeel beweert, is dat een beetje zoals de boer die in zijn soep blaast om ze af te koelen, terwijl hij eerder in zijn handen blies om deze op te warmen. En laat nu juist warm en koud tegelijk blazen, erg nefast zijn voor ons vertrouwen in politici.

Met openbare groeten,

Sander Verwerft